In 2004 realiseerde Pien een poosplaats aan de rand van het voormalig slagveld bij Strijbeek, waar op 2 januari 1814 een treffen plaatsvond tussen enerzijds de Lanciers Rouges, elitetroepen van Napoleon, en anderzijds Pruisen en Kozakken, die deel uitmaakten van de geallieerde legermacht. over zijn grenzen reikt macht naar al meer voert vechters van ver naar vreemd land belangen langs lansen betwist kleuren een beek en zijn beemden in strijd
De oorlogswinter 1813-1814 betekende een zware tijd voor de bewoners van het gebied waar de troepen gelegerd waren en waar gevochten werd. Najaar 2013 nam zij het initiatief tot een culturele wandeling als herdenking van dit treffen en schreef het gedicht Oorlogswinter. Op 2 januari namen ongeveer 600 mensen deel aan de tocht. |
||||
Bange vrouw die haar dochter kwijt is |
||||
Achtergebleven Kozak |
||||
Franse douaniers uit 1814 op de Bergweg |
||
Verwarde pater |
||||
Pruisische soldaten in hun kampement |
||||
Schietdemonstratie |
||
Pien draagt haar gedicht Oorlogswinter voor bij de poosplaats aan de Bergweg |
||
Pruische soldaten rukken op |
||||
Jan van Bergeijk |
||||
Groep bezoekers loopt langs de Strijbeekse Beek, hier de grens tussen België en Nederland, van de Verwarde pater naar de volgende statie van de tocht |
||
Beeld geprojecteerd in Het Smokkelaartje, waar de tocht begon en eindigde |
||